Abdijbrood uit de oven

Zo maak je het:

1. Meng de droge ingrediënten voor de starter in een kom. Roer er met een vork het water door tot je een zachte pasta hebt. Bedek de kom met plastic folie. Laat de starter op kamertemperatuur 12 uur ongemoeid staan.
2. Doe het lijnzaad in een kom en giet er 120 ml heet water over. Laat het lijnzaad-watermengsel minstens 1 uur ongemoeid staan. Daarna uit laten lekken.
3. Doe het tarwemeel, volkorenmeel en roggemeel in een kom. Voeg het zout en de gist toe. Maak een kuiltje in het midden en giet er de starter en het water in. Roer vanuit het kuiltje, daarbij geleidelijk grotere cirkels makend, tot de ingrediënten een samenhangend deeg gaan vormen. Werk vervolgens ook de lijnzaad er door heen.
4. Leg het deeg op een met bloem bestoven werkvlak en kneed het vervolgens 10 minuten.
5. Bol het deeg op, om het op spanningt te brengen en laat het, in een met folie afgedekte kom, op een warme plek rijzen tot het in volume verdubbeld is (1 uur of meer).
6. Behandel het deeg even als een boksbal om er mogelijke luchtbellen uit te verwijderen. Verdeel het deeg daarna in 2 gelijke stukken. Vorm er twee bollen van. Leg ze eventueel in ronde broodvormen als ze veel dreigen uit te zakken.
7. Bedek de bollen deeg met plasticfolie. Laat het deeg narijzen tot het volume weer verdubbeld is (30 á 60 minuten).
8. Zet een schaaltje water onder in de oven. Verwarm de oven voor op 230 °C.
9. Bekleed een bakplaat met bakpapier en leg er de bollen deeg op. Kerf de bollen aan de bovenkant diverse keren in.
10. Schuif de bakplaat de oven in en bak de broden tot ze goudbruin en gaar zijn (ca. 40 minuten). De broden zijn gaar als ze hol klinken als je op de onderkant tikt. Je laat ze op een rek afkoelen