Verbouw je eigen tabak

Natuurlijk blijft roken niet gezond, maar als je dat dan toch wilt doen, doe het dan op de meest voordelige en minst schadelijke manier.

Houdt het dus bij enkele planten voor eigen gebruik en doe het dus 'just for the fun'. Geniet van het groeien van je planten en uiteindelijk van je zelfgemaakte tabak.

Welke rassen?
Een overzicht van bruikbare plantenrassen met bijbehorende eigenschappen.
gevonden bij: home.kpn.nl/r.mveloo/tabak.ht

• Havana (sigaren, pijp, aromatisch en zwaar)
  Havana is de bekende Cubaanse tabaksplant, onovertroffen in groeikracht, een indrukwekkende plant met brede bladeren en trossen lichtrose bloemen. De grote en brede bladeren zijn erg geschikt voor het maken van de sigaar-dekbladen.
  
  
• Virginia (sigaretten)
  Het werkpaard voor de sigaretten tabak, deze hoge maar smalle plant. Veel smallere, puntige bladeren als de Havana, wat het een sierlijke plant maakt. De bloemen zijn mooi donker rose, met puntige bloembladen, als sterretjes.
  
  
• Monte Calme (sigaretten)
  Voor sigaretten, een nog mildere tabaksoort. Wordt vroeg rijp maar blijft wat ijler dan de Virginia, wat lastiger te kweken ook.
  
  
• Maryland (sigaretten)
  Voor de grootste sigaretten tabaksoogst, neem de Maryland! Een heel grote plant die in tegenstelling tot de andere, ook nog flinke zijtakken maakt. Meer dan manshoog onder goede omstandigheden. Prima textuur, rijpt makkelijk af. Makkelijk te kweken, als de Havana.
  
  
• Turkish Black Sea Samsun
  Een befaamde soort, rijk aroma, de beste Turkse tabak, maar niet de makkelijkste planten, de oogst kan beperkt zijn.
  
  
• Virginia Dark
  Een zware tabak voor alle doeleinden, een Burley type tabak, mooie grote planten, smal blad dus niet voor sigaren, ideaal voor de beginner.
  
  
• Burley original
  De meest gebruikte handelstabak voor sigaretten, bekend om de grote oogsten. Rijk en zacht aroma. Sterke megagrote planten.

Van zaaien tot oogsten
Tabak houdt niet van koude temperaturen en ook niet van harde wind. De plant houdt wel van de volle zon. De grondsoort is minder van belang, wel dat deze een redelijk goede waterafvoer heeft.

Uiteindelijk kies je dus voor een beschutte plek in de volle zon, met niet te zware doorlatende grond. Omdat tabaksplanten niet winterhard zijn, ga je met de kweek van start in de vensterbank of kweekkasje.

Bedenk dat sommige tabaksrassen wel 2 meter hoog kunnen worden.

1. In maart-mei zaai je de kleine zaadjes in kunststof potten met gaatjes in de bodem, gevuld met een goede kwaliteit potgrond of gevuld met speciale zaad- en stekgrond uit het tuincentrum. Let op, niet teveel zaden per pot!
   Druk de zaden lichtjes aan en bewater ze lichtjes met een plantenspuit. Druk de zaden niet onder het oppervlak. Ze moeten licht blijven zien, anders komen ze niet op.
   Als je standaard potjes neemt van 12 cm, kun je deze afsluiten met een doorzichtig plastic boterhamzakje. Plaats de potjes op een lichte plek in de vensterbank, maar niet in direct zonlicht. Elke dag kijk je even en na 1 à 2 weken zie je de zaadjes ontkiemen. Je tabaksplantjes zijn een feit!
   
   

2. Zodra de plantjes sterk genoeg zijn, knip je geleidelijk wat gaatjes in de plastic zakjes, zodat alles wat beter kan ademen. Enkele dagen later haal je de plastic zakjes weg.
   Heb je de fout gemaakt om veel te dicht te zaaien, dan kun je nu uitdunnen.
   Geef regelmatig water, niet teveel en bewater zeker niet over de plantjes. Het best bewater je ze van onderaf, door de potjes op een schoteltje te plaatsen waar je net voldoende water in giet, om de grond licht vochtig te houden.
   
   
3. Na 3 à 4 weken kun je de inmiddels sterker geworden plantjes overzetten, ieder plantje in zijn eigen pot. Uiteraard heb je deze potten gevuld met verse potgrond.
   
   
4. De komende 3 à 4 weken zorg je goed voor de planten, geef je ze regelmatig (niet teveel) water, liefst met een meststof er in opgelost.
   
   

5. En dan komt het moment van uitplanten in de tuin op een beschutte plek in de volle zon. Zorg voor goed omgespitte of geploegde grond, voor een goede beluchting en een goede waterafvoer. En meet de ph-waarde van de grond even op.
   Een licht zure grond met een ph-waarde van 5,8 is ideaal. Bij een ph-waarde van bijvoorbeeld 6,5 moet je even bij het tuincentrum langs voor advies.
   Plaats de planten in een rij, op een afstand van 70 tot 90 centimeter van elkaar. Houdt voor de afstand tussen de rijen 1 meter aan.
   
   
6. Zodra de bloei begint, verwijder je de knop. Die zit bovenin de plant, die hierdoor niet hoger dan ongeveer een meter zal worden. Zodra er dieven of andere knoppen aan de plant verschijnen, verwijder je die ook. Zo gaat alle energie in de plant naar de bladeren, en daar doe je het voor.
   
   
7. Tabaksplanten zijn niet alleen snelle groeiers, maar ook waterslurpers. Zorg dus dat ze daar geen gebrek aan hebben, maar 'verzuip' ze nu ook weer niet.
   
   
8. Af en toe geef je de plant wat kunstmest. Als je daarvoor kunstmest neemt die gebruikt wordt voor tomaten, paprika's en aardappels heb je de juiste soort.
   
   
9. De oogst
   Als de bladeren naar geel verkleuren kun je deze oogsten. Als eerste zullen dat de onderste bladeren zijn, want die zijn het oudst. Daarna volgen de hogere bladen, totdat de plant geheel is leeggeplukt. De bladeren hang je vervolgens te drogen, waarbij ze mooi bruin verkleuren.
   
   De aanbevolen temperatuur voor het drogen is tussen de 18 en 35 graden Celsius, en de goede vochtigheidsgraad is tussen de 65 tot 70 procent. Hang de bladen niet te dicht op elkaar om rotten te voorkomen, bijvoorbeeld met tussenrimtes van 2 cm, zodat de lucht er goed tussendoor kan.
   
   Sommigen drogen hun tabak in een goed geventileerde schuur. Een oude plafondventilator, boven de bladen opgehangen, kan uitkomst bieden in te vochtige periodes. Anderen drogen hun tabak in een kas.
   
   Reken voor het drogen op een periode van in ieder geval 6 weken. Wanneer het blad goed droog en donkerbruin is, kun je er de nerf uitsnijden.
   Een pizzames met een ronddraaiend snijwiel komt hierbij goed van pas. Vervolgens kun je met behulp van een tabaksmolen de bladeren vermalen tot shag en is deze klaar om te roken.
   

Wie slim is, zet meerdere tabaksplanten in zijn tuin of kas en laat er in ieder geval één doorschieten. Behalve mooie bloemen, verzeker je jezelf hiermee van nieuwe zaden voor volgend jaar.

Insectenverjager!
Vanwege de sterke geur, zijn tabaksplanten een uitstekend biologisch middel om insecten te verjagen. Het werkt onder andere tegen bladluis, de wortelvlieg, de koolvlieg en de witte vlieg. Heb je tomaten in je tuin of druiven in een kas? Zet er een tabaksplant bij!

Gevaar!
Verwerk oude tabaksplantresten nooit tot gier of iets dergelijks om als insecticide te gebruiken in je groentetuin. Je groente wordt niet alleen ongeschikt voor consumptie, het eten ervan wordt zelfs levensgevaarlijk, vanwege het hoge en giftige nicotinegehalte in de plantenresten.

Wisselteelt
Tabaksplanten slurpen niet alleen water, maar putten ook je grond uit. Wissel dan ook ieder jaar van plek, in een 4- of 5-jarige cyclus.