De vogels hebben een lange zwarte snavel, die naar hun kop overgaat in de kleur geel. De snavel loopt over in een langgerekt voorhoofd.
Ze hebben een luide trompetachtige roep.
Als broedvogel zijn ze zeldzaam en daarnaast zijn het ook schuwe vogels, die een rustige plek opzoeken om hun nest te bouwen.
Hun leefgebied is nabij meren, rietvelden en ondergelopen weilanden.
Wilde Zwanen leven van waterplanten en in de winter eten ze ook knollen, granen en bladeren.
Ze bouwen een groot nest van gras en riet aan de waterkant en leggen daarin 1 keer per jaar 5 tot 8 eieren (april - juni)
|